Woon-schoolverkeer: 66% brengt kinderen met auto!
De auto staat nog steeds met stip bovenaan ons lijstje favoriete vervoersmiddelen. 78% geeft aan de auto voor het woon-werkverkeer te gebruiken en 66% brengt er de kinderen regelmatig mee naar school. Mobiliteit in België, het kan beter.
Volgens de Touring Mobiliteitsenquête 2017, die Indiville uitvoerde voor Touring, speelt afstand een belangrijke rol in de motivatie voor het gebruik van ons statusblik. De automobiel scoort goed bij afstanden van 11 tot 50 km terwijl het openbaar vervoer eerder populair is bij pendelaars die meer dan 50 km moeten overbruggen.
Woon-schoolverkeer
Wat het verplaatsingsgedrag tussen thuis en school betreft, geeft 66% van de ruim 6300 respondenten aan de kinderen regelmatig met de auto naar school te brengen. In 3 van de 4 gevallen is dat zelfs dagelijks. Opvallend: slechts 17% maakt gebruik van het openbaar vervoer.
Argumenten die volgens de ondervraagden pro auto pleiten: de wagen is sneller én veiliger. Ruim 24% meent ook dat de route onveilig is voor kinderen . Voor 20% speelt het feit dat de school op weg – of via een kleine omweg – naar het werk ligt, een belangrijke rol.
Ruim 17% beweert dat er geen alternatieven zijn (voornamelijk bij grote afstanden) terwijl 11% het oncomfortabel openbaar vervoer aanduidt als schuldige. 10% zegt ronduit dat je niet op het openbaar vervoer kunt rekenen voor het woon-schoolverkeer.
Ambivalente situatie
De mobiliteitsenquête onthult evenzo dat de gemiddelde Belg de oplossing voor zich blijft uitschuiven. Circa 68% beweert moeite te doen om autoverplaatsingen te beperken maar tegelijkertijd is 42% van oordeel dat ‘de anderen’ dat niet doen. Het zijn volgens de rondvraag ook diezelfde ‘anderen’ die zich niks of weinig aantrekken van de files en/of het milieu. Tegelijkertijd geeft 41% grif toe zelf verantwoordelijk te zijn voor het fileprobleem en 18% erkent dat er wel degelijk alternatieven zijn, maar dat men er vooralsnog niet voor kiest.